dinsdag 26 februari 2019

Een geschiedenis beschrijven is nog niet zo eenvoudig.


Lange tijd ben ik bijna niet actief geweest op mijn blog. Het heeft zo zijn redenen. En of ik weer wat te vertellen heb in de toekomst weet ik nog niet.
Het afgelopen jaar heb ik eigenlijk één heel lang verhaal geschreven. Verleden jaar om deze tijd moesten we nadenken over het 50-jarig bestaan van de kringloop waar ik vrijwilliger ben. Het is een heel bijzondere kringloop die al vijftig jaar met louter vrijwilligers werkt. De opbrengst is altijd bestemd geweest voor kleine ontwikkelingsprojecten, schitterend natuurlijk. Ik ben er trots op dat ik al 29 jaar deel uitmaak van deze mooie organisatie.
Mijn kringloop heeft een boeiende geschiedenis, dus de werkgroep waar ik onderdeel van ben besloot dat de geschiedenis maar eens uitgebreid beschreven moest worden. Er werd er naar mij gekeken: ‘eh... is dat niet een mooie klus voor jou?’ Ik hoefde er niet lang over na te denken, want schrijven is echt wel mijn ding.
Dan begin je eerst maar met prakkiseren. In welke vorm giet je zo’n verhaal? Moet het een boek worden of toch iets anders? En wat komt er nog meer in te staan?
Gezamenlijk besloten we tot de uitgave van een glossy waarin naast de geschiedenis ook aandacht wordt geschonken aan projecten uit het verleden en vooral moest er ook aandacht komen voor alle betrokken vrijwilligers van vandaag. Het beschrijven van de projecten namen de andere leden van de werkgroep op zich.

Daarna begon het echte werk.  Een aantal weken achter elkaar ben ik naar het regionaal archief getogen om de daar aanwezige oude notulen en nog veel meer informatie door te nemen en te fotograferen. Thuis schreef ik er dan een samenvatting van. Zodoende ontstond er een mooi overzicht van alles wat er gebeurd was. Daarvan moest weer veel geschrapt worden, want je verliest je al snel in veel te veel details. Al schrijvende ben ik me meer en meer gaan verwonderen over hoeveel idealisme en energie er in de acties van de eerste jaren werd gestoken en dat door veelal jonge mensen. Om daar iets van te begrijpen moest er ook een hoofdstuk geschreven worden over de periode na de tweede wereldoorlog en over de opkomst van de protest- en vredesbeweging. 


Na de zomer kreeg het verhaal pas echt goed vorm en kwam ik goed op gang. Ook voor de anderen van de werkgroep was het maken van een samenhangend verhaal een flinke klus. Zelf kon ik ergens in oktober eindelijk melden dat mijn verhaal klaar was. Ook had ik met hulp van mijn fototoestel aandacht kunnen besteden aan de tegenwoordige tijd, gelukkig met volle medewerking van de vrijwilligers.
De project beschrijvers hadden meer tijd nodig. Daarrna werd alle geschreven tekst beoordeeld door een meelezer. Na diens fiat werd de tekst geredigeerd worden door een ander lid van onze werkgroep die daar weer bedreven in was. Ikzelf was tot eindredacteur gebombardeerd en vond het een hele klus om alles op tijd klaar te krijgen. Tussendoor kwam de privacy-wetgeving er ook nog doorheen fietsen en moest toestemming gevraagd worden voor het plaatsen van de foto's. Dat was een heel zware tegenvaller. Wat was ik blij met alle hulp die hierbij geboden werd. Er moesten zelfs bezoekjes gebracht worden aan oud-vrijwilligers, op zich een heel leuke klus, maar eigenlijk was daar veel te weinig tijd voor. 
Voor de kerstdagen kon de vormgever er uiteindelijk mee aan de slag. Deze week, een jaar later dus, moet het blad uitkomen. Ik ben heel benieuwd naar het eindresultaat.

Na de intense klus hoopte ik allerlei leuke zaken op te pakken waar ik een heel jaar niet aan toe was gekomen. Dat kon ik vergeten, want ik was helemaal leeg. Hoe kom je weer tot jezelf in zo'n situatie?


Het lijkt belachelijk, maar mijn blik viel op de theekist die boven op een kast staat. Deze theekist is helemaal gevuld met uitgesneden theezakjes, een restant uit de periode dat elke hobbyende vrouw in Nederland zich bezig hield met theezakjes vouwen. Toendertijd kreeg ik van iedereen theezakjes om mee te vouwen. Een vriendin nam de voorraad mee op vakantie om iets om handen te hebben. Ze sneed ze netjes op maat, zodat ik erna meteen kon beginnen met vouwen. 
De theezakjesrage ging voorbij, maar ik heb de papiertjes nooit weg gegooid omdat me dat niet aardig leek tegenover vriendin. Nu komt de voorraad prima van pas. Ik zoek een stapeltje (lelijke) theezakjes en begin te vouwen. Je hoeft er bijna niet bij te denken, alleen maar te doen. Het heeft een behoorlijk therapeutisch effect. En ik vind het verwonderlijk dat je met een saai theezakje zoveel verschillende patronen kunt vouwen, maar daarover later.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten