vrijdag 16 maart 2018

Zonder mobieltje op pad.

Manlief en ik zijn van een generatie die opgegroeid is zonder mobiel telefoonverkeer, zonder telefoon zelfs. De eerste telefoon kwam er bij me thuis in toen ik ongeveer vijftien jaar was. Het apparaat hing in de gang aan de muur en er mocht alleen mee gebeld worden als het echt noodzakelijk was. Bij manlief thuis kwam er pas jaren later eentje. De eerste zes jaren van ons huwelijk waren wijzelf ook zonder telefoon. Daar was gewoon geen geld voor. Meestal was dat helemaal geen probleem. Alleen als er bevallen moest worden was het lastig, want dan was je op de buren aangewezen, of op een telefooncel in het dorp op twee kilometer afstand. Dat gebeurde toen de geboorte van Pientje zich midden in de nacht aankondigde. Je wilt op zo'n tijdstip de buren niet lastig vallen. De bewuste telefoon bleek defect te zijn, dus moest manlief naar een dorp twee kilometer de andere kant op waar de andere telefooncel stond. Gelukkig deed die het wel.


Volgens mij was Lientje de eerste van onze kinderen die zo’n mobieltje aanschafte. Ze betaalde het van het geld dat ze verdiende met haar zaterdagbaantje bij de grootgrutter. Volgens mij ging al haar verdiende geld eraan op. Daarna gingen de ontwikkelingen snel en nu loopt iedereen met een complete computer op zak, altijd bereikbaar.
Manlief en ik gebruikten jarenlang een prepaid-toestelletje voor als we op vakantie moesten, best wel makkelijk om niet afhankelijk van de telefooncel te zijn. Daarna kregen we een afdankertje van één van de kids. Dat was goed genoeg. De laatste jaren kunnen we appen. Dat is iets waar we allebei veel plezier aan beleven. Wat is er nu leuker dan foto's te krijgen van kleinkind ver weg. Op dit moment hebben we zelfs allebei een mobieltje, niet te geloven. 
We vergeten ons mobieltje regelmatig mee te nemen als we op pad gaan. Dat zit gewoon nog niet in ons systeem. Het leidt soms tot verontwaardiging bij iemand die de hele dag vergeefse pogingen doet om ons te bereiken.

Een paar jaar geleden reisden we zonder mobieltje naar een stad in het zuiden. Onze Henkie was net verhuisd naar een nieuw appartementje. We wisten zijn huisnummer. Met een druk op de belknop zouden we wel binnen gelaten worden. Nou, mooi niet, er kwam geen reactie. We dachten dat hij nog niet thuis was van zijn werk en dat ie binnen een kwartiertje wel op zou komen dagen. Na lange tijd wachten was er nog geen zoon. Wel arriveerde er een pizzakoerier bij de deur. Die drukte op de bel, maar ook op hem reageerde er niemand. We kregen een donkerbruin vermoeden dat de bel wel eens defect zou kunnen zijn. De koerier had gelukkig een telefoonnummer van zijn klant bij zich en even later verscheen er iemand aan de deur om de pizza in ontvangst te nemen. Wij glipten meteen mee naar binnen. Zoonlief zat binnen op ons te wachten en begreep maar niet waar wij bleven. 


Je denkt dat je voortaan wel zo alert zult zijn om je mobieltje mee te nemen op reis. Maar we zijn erger dan de spreekwoordelijke ezel, want ook deze week zijn we weer zonder mobieltje op pad gegaan. Natuurlijk kom je daar pas achter als je in de trein op weg naar een museum zit. Ik wil de mobiel uit mijn tas pakken als blijkt dat er allerlei werkzaamheden aan het spoor zijn met een veranderde treinenloop. Geen mobiel, ook in mijn jaszakken zit niets en manlief heeft er geen mee omdat ik er wel eentje mee zou hebben. Schiet weer lekker op. We kunnen dus niet checken hoe het precies zit met de vertragingen en omleidingen. Dat voelt ongemakkelijk.
Het voelt nog ongemakkelijker als ik bedenk dat we in de loop van de middag ook naar Henkie in zijn zuidelijke stad zullen gaan. Hij woont alweer in een ander appartement. We weten precies in welk appartement op welke etage. Maar wat het nummer ervan is? Geen idee. Zoonlief is niet iemand die zijn naam op de brievenbus plakt, dat vindt ie niet nodig. En die nieuwe appartementen zijn altijd hermetisch afgesloten. Je wordt er alleen binnen gelaten door de bewoner zelf. Ik doe een schietgebedje naar omhoog: 'Heer, als U er nu voor zorgt dat die deur open staat…' Tot mijn grote verrassing staat de deur wagenwijd open, want er wordt net verhuisd. Zonder problemen komen we dus boven, met dank aan de Heer. Zoonlief had ons een uurtje eerder geprobeerd te bellen, maar doordat er geen reactie kwam had ie al begrepen dat we geen mobiel mee hadden. Hij kent ons wel een beetje.

Ik realiseer me dat ik me onthand, bijna ongelukkig voel als ik geen mobiele bereikbaarheid bij me heb. Wil ik dit wel? Hoe onafhankelijk ben ik eigenlijk? Het is echt iets om eens goed over na te denken.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten