maandag 19 maart 2018

De verdwenen kliko.


Eens in de drie weken wordt op dinsdag de grijze kliko met plastic afval geleegd. Onze bak hebben we ook deze keer keurig op tijd op de verzamelplaats neergezet. Ik hoor de vuilniswagen langs gaan als ik op het punt sta de deur uit te stappen. Dus eerst de bak maar ophalen voor ik vertrek. Maar hoe ik ook kijk; onze kliko staat er niet bij. Dat is raar! Blijkbaar is ie meteen weg gerausd door iemand anders. De buurvrouw die bij de verzamelplek woont is net buiten en ziet me een beetje verdwaasd rond kijken. ‘Wat is er? Je staat zo te kijken.’ Ik vertel haar dat onze kliko er niet meer is. Buurvrouw reageert; ‘Het is gek, er stonden zeven bakken langs de weg en toen de vuilniswagen door reed waren het er nog zes. Ik snap er niets van.’ Ik bedenk bij mezelf dat iemand heel snel de verkeerde bak heeft terug gehaald, of dat iemand de bak heel even nodig heeft om nog een keer afval neer te zetten, maar dan een stuk verderop in de buurt. Waarschijnlijk staat de bak straks wel weer op zijn plek.
Maar de kliko is weg en blijft weg. "Iemand heeft hem blijkbaar harder nodig dan wij", concludeert manlief droogjes.

De volgende ochtend lopen we ons dagelijkse rondje door de straten en stegen van onze eigen buurt. We vinden niets. Ik begin me boos te maken: wat moet iemand nou met zo’n ding? Je kunt er niets mee. Het is asociaal. Bovendien geeft het gedoe, want je moet aangifte doen bij de politie voordat je een nieuwe krijgt.

Weer een dag later komt schoonzusje op bezoek. Ik vertel het verhaal. Zij heeft ook iets bijzonders mee gemaakt. Ze zag op een dag haar bak zo achter het afval aan de vuilniswagen in verdwijnen. Ze riep nog ‘Stop!’, maar er was niets meer aan te herstellen. ’s Avonds denk ik aan wat de buurvrouw gisteren vertelde. Zou dat het zijn? Ik loop nog even naar haar toe en vraag om nog eens te vertellen wat ze heeft gezien. Ja, dat zou inderdaad gebeurd kunnen zijn.

De volgende ochtend bel ik met gemeentewerken:
“Ja, goedemorgen, met mevrouw S. van nr. 15. Ik heb een probleem met de grijze kliko. Die is verdwenen, waarschijnlijk in de vuilniswagen. Mevr. L. van nr. 11 heeft gezien dat … etc” Na nog eens een keertje uitleggen meldt de dame aan de andere kant van de telefoon dat mevrouw M. van nr. 15 dus een nieuwe kliko nodig heeft. Nee, u spreekt met mevrouw S. van nr. 15 en mevrouw S. heeft geen kliko meer, waarschijnlijk is de bak in de ….etc. “O, uw meisjesnaam is S.?”. “Nee, ik ben getrouwd met meneer S. en mijn meisjesnaam is O.”. “Maar hier staat dat mevrouw M. op no. 15 woont.” “Nee, u spreekt met mevrouw S.O. en ik woon al 38 jaar op no. 15. Mevrouw M. woont op no. 14, ook al 38 jaar.” “Dus als ik het goed begrijp heeft mevrouw M. een nieuwe kliko nodig?” “Nee, mevrouw M. heeft hier helemaal niets mee te maken, mevr. S. van nr. 15 heeft een nieuwe kliko nodig!” “O, hier staat dat mevrouw M. op nr. 15 woont, maar dat is dus niet zo. Ik ga dat uitzoeken, want dat moet dan hersteld worden.” “Hè hè, het kwartje valt eindelijk. “Als uw verhaal klopt, mevrouw, dan heeft u binnen vijf dagen een nieuwe kliko voor de deur.” “Dank u, een prettige dag.”
Wat een gesprek, we wachten het af.


Weer drie dagen later; er rammelt iets voor ons huis. Het klinkt zoals een kliko klinkt als ie verplaatst wordt. En warempel, zonder gedoe hebben we er weer eentje. Maar iedereen is gewaarschuwd; denk niet te snel dat de kliko is gestolen. Hij is gewoon opgevreten zoals ze dat bij de gemeentereiniging noemen.


vrijdag 16 maart 2018

Zonder mobieltje op pad.

Manlief en ik zijn van een generatie die opgegroeid is zonder mobiel telefoonverkeer, zonder telefoon zelfs. De eerste telefoon kwam er bij me thuis in toen ik ongeveer vijftien jaar was. Het apparaat hing in de gang aan de muur en er mocht alleen mee gebeld worden als het echt noodzakelijk was. Bij manlief thuis kwam er pas jaren later eentje. De eerste zes jaren van ons huwelijk waren wijzelf ook zonder telefoon. Daar was gewoon geen geld voor. Meestal was dat helemaal geen probleem. Alleen als er bevallen moest worden was het lastig, want dan was je op de buren aangewezen, of op een telefooncel in het dorp op twee kilometer afstand. Dat gebeurde toen de geboorte van Pientje zich midden in de nacht aankondigde. Je wilt op zo'n tijdstip de buren niet lastig vallen. De bewuste telefoon bleek defect te zijn, dus moest manlief naar een dorp twee kilometer de andere kant op waar de andere telefooncel stond. Gelukkig deed die het wel.


Volgens mij was Lientje de eerste van onze kinderen die zo’n mobieltje aanschafte. Ze betaalde het van het geld dat ze verdiende met haar zaterdagbaantje bij de grootgrutter. Volgens mij ging al haar verdiende geld eraan op. Daarna gingen de ontwikkelingen snel en nu loopt iedereen met een complete computer op zak, altijd bereikbaar.
Manlief en ik gebruikten jarenlang een prepaid-toestelletje voor als we op vakantie moesten, best wel makkelijk om niet afhankelijk van de telefooncel te zijn. Daarna kregen we een afdankertje van één van de kids. Dat was goed genoeg. De laatste jaren kunnen we appen. Dat is iets waar we allebei veel plezier aan beleven. Wat is er nu leuker dan foto's te krijgen van kleinkind ver weg. Op dit moment hebben we zelfs allebei een mobieltje, niet te geloven. 
We vergeten ons mobieltje regelmatig mee te nemen als we op pad gaan. Dat zit gewoon nog niet in ons systeem. Het leidt soms tot verontwaardiging bij iemand die de hele dag vergeefse pogingen doet om ons te bereiken.

Een paar jaar geleden reisden we zonder mobieltje naar een stad in het zuiden. Onze Henkie was net verhuisd naar een nieuw appartementje. We wisten zijn huisnummer. Met een druk op de belknop zouden we wel binnen gelaten worden. Nou, mooi niet, er kwam geen reactie. We dachten dat hij nog niet thuis was van zijn werk en dat ie binnen een kwartiertje wel op zou komen dagen. Na lange tijd wachten was er nog geen zoon. Wel arriveerde er een pizzakoerier bij de deur. Die drukte op de bel, maar ook op hem reageerde er niemand. We kregen een donkerbruin vermoeden dat de bel wel eens defect zou kunnen zijn. De koerier had gelukkig een telefoonnummer van zijn klant bij zich en even later verscheen er iemand aan de deur om de pizza in ontvangst te nemen. Wij glipten meteen mee naar binnen. Zoonlief zat binnen op ons te wachten en begreep maar niet waar wij bleven. 


Je denkt dat je voortaan wel zo alert zult zijn om je mobieltje mee te nemen op reis. Maar we zijn erger dan de spreekwoordelijke ezel, want ook deze week zijn we weer zonder mobieltje op pad gegaan. Natuurlijk kom je daar pas achter als je in de trein op weg naar een museum zit. Ik wil de mobiel uit mijn tas pakken als blijkt dat er allerlei werkzaamheden aan het spoor zijn met een veranderde treinenloop. Geen mobiel, ook in mijn jaszakken zit niets en manlief heeft er geen mee omdat ik er wel eentje mee zou hebben. Schiet weer lekker op. We kunnen dus niet checken hoe het precies zit met de vertragingen en omleidingen. Dat voelt ongemakkelijk.
Het voelt nog ongemakkelijker als ik bedenk dat we in de loop van de middag ook naar Henkie in zijn zuidelijke stad zullen gaan. Hij woont alweer in een ander appartement. We weten precies in welk appartement op welke etage. Maar wat het nummer ervan is? Geen idee. Zoonlief is niet iemand die zijn naam op de brievenbus plakt, dat vindt ie niet nodig. En die nieuwe appartementen zijn altijd hermetisch afgesloten. Je wordt er alleen binnen gelaten door de bewoner zelf. Ik doe een schietgebedje naar omhoog: 'Heer, als U er nu voor zorgt dat die deur open staat…' Tot mijn grote verrassing staat de deur wagenwijd open, want er wordt net verhuisd. Zonder problemen komen we dus boven, met dank aan de Heer. Zoonlief had ons een uurtje eerder geprobeerd te bellen, maar doordat er geen reactie kwam had ie al begrepen dat we geen mobiel mee hadden. Hij kent ons wel een beetje.

Ik realiseer me dat ik me onthand, bijna ongelukkig voel als ik geen mobiele bereikbaarheid bij me heb. Wil ik dit wel? Hoe onafhankelijk ben ik eigenlijk? Het is echt iets om eens goed over na te denken.



maandag 5 maart 2018

Mixed Media & Etching.


Twee jaar geleden was ik gestopt met grafiek omdat ik geen enkele inspiratie meer had. Bovendien kon ik de meeste avonden niet aanwezig kon zijn wegens andere bezigheden. Na de zomer was ik heel erg toe aan een avondje creatief bezig zijn voor mezelf en ben daarom maar weer eens gaan kijken op de open dag van het grafische atelier. Het was of ik nooit weg was geweest, dezelfde mensen waren er nog aan het werk. De specifieke lijnoliegeur in het atelier rook heel vertrouwd. Zo kwam het dat ik er plotseling weer elke week een avondje stond te werken. Heerlijk, hoewel de inspiratie nog steeds ontbrak en mijn eerste etsen eigenlijk jammerlijk mislukten.

Op de dezelfde avond werkt er ook een docente illustratietekenen in het pand. Ze komt binnen lopen met een oud muziekboek, vergeeld, uit de band, veel ezelsoren. Ze biedt het aan om te gebruiken. Het doet me denken aan de vele voorbeelden van Mixed Media die gemaakt zijn op oud muziekpapier, of op bladzijden uit oude woordenboeken. Thuis liggen nog uitgezaagde stukken zink van boomblaadjes, een egel. De link is snel gelegd. Al snel ga ik aan de slag met mijn vormen. Het oude papier blijkt verrassend goed af te drukken zodat het resultaat de moeite waard is. 


Op een oude plaat kras ik op de blanco stukken nog meer bladvormen in de afdeklaag en laat de plaat een hele avond in sterk zuur liggen. Zo raken de lijnen er heel diep in geëtst. 
Thuis pak ik de oude figuurzaag met een zaagje dat speciaal geschikt is om metaal te zagen en daar gaan we. Na een paar uurtjes verwoed zagen (met drie gebroken zaagjes, valt dus best mee😊) heb ik twee omtrekken van boombladeren uitgezaagd, de omtrek van een varken en een schelp. Daarna maak ik een proefdruk op papier, speciaal geschikt om afdrukken op te maken.
Nu op naar de kringloop, want een heel muziekboek leegscheuren staat zo hebberig. In de bak met oude muziek vind ik een oud verfomfaaid muziekboek dat al lekker aan het verkleuren is. Voor € 0,25 neem ik het boekwerk mee. In de bak oud papier ligt ook nog eens een viezig oud woordenboek dat uit de band ligt. 



Helaas heeft de kringloop geen lettersjablonen op dat moment, dus die moeten bij de hobbywinkel aangeschaft worden. Het zijn dezelfde sjablonen als die ze bij AliExpress verkopen, maar het trekt me helemaal niet om mijn spullen helemaal in China te bestellen. Dan maar wat meer geld uitgeven.
Het werkt perfect, een ets op oud muziekpapier afdrukken. Met de plantenspuit maak ik het papier even nat, dan kan de afdruk meteen al gemaakt worden. Hierna ga ik aan de slag met de lettersjablonen, de omtrek met fineliner en de vulling met aquarelverf.
Of het werkje nu af is, dat weet ik nog niet. We leggen het gewoon even weg.




zaterdag 3 maart 2018

Mixed Media, een leuke hobby.

Het is al een tijd geleden dat ik in een groepje creabea's regelmatig heerlijk aan het werk was met allerlei hobbymaterialen. We maakten meestal wenskaarten die verkocht werden binnen de kring van kerk en bekenden. De opbrengst ging naar een goed doel. Zo hebben we een tijdje theezakjes gevouwen; uit verpakkingen van theezakjes sneed je met een malletje een vierkant stukje papier. Als je een aantal van dezelfde vierkantjes had, vouwde je ze op een bepaalde manier op, zoals bij de 'origami'techniek en kon je de stukjes aan elkaar lijmen. Er ontstonden mooie, geometrische vormen die je vervolgens op een kaart plakte. Iedereen spaarde theezakjes voor ons. Ze kwamen met zakken vol binnen omdat het drinken van smaakjes éénkops-thee plotseling een grote vlucht nam. Het leuke van theezakjes vouwen was dat de kosten zo ongeveer nihil waren. 
Toen die hype over was, ontdekten we weer een andere techniek en gingen opnieuw enthousiast aan de slag. Meestal kostte de hobby flink geld, want de handel was zo slim om steeds nieuwe technieken te introduceren en dan daarbij passende materialen en gereedschappen aan te bieden voor grof geld. En dan kon de kostprijs van je wenskaart behoorlijk oplopen, want als je tien dezelfde kaarten had gemaakt was je er wel weer klaar mee. Zodoende was de lol van het kaarten maken op een gegeven moment helemaal over.

Op Pinterest ontdek ik werkstukken onder de naam Mixed Media Art, een techniek waarmee je heerlijk kunt werken met waardeloze materialen. Er worden de mooiste creaties gemaakt van papier dat rijp is voor de oud-papierbak. Met gebruikte theezakjes kun je je product een old-look geven. Je maakt zelf uit wat voor gereedschap of materiaal je gebruikt. Kortom, perfect voor iemand die geen zin heeft in een dure hobby. Als er dan ook nog een werkstuk voorbij komt met de titel 'Versier Eens Een Man'  ga ik aan de slag.



Ik verzamel wat oude kranten en reclame folders. In een glossy staat een foto van een mooie, rossige jongen met krullerig haar. Om te beginnen plak ik met stijfsel gescheurde repen krant op een stuk karton. Nadat de stukken krant wat kleur hebben gekregen met waterverf komt het portret van de mooie jongen erop. Eigenlijk is het zonde om zo'n mooie jongen zo om te turnen met stift. De rest is afgemaakt met gescheurde stukken kleur uit kledingfolders. Met een slingertje van vlaggetjes aan een echt touwtje zet ik de titel erop. Leuk om te doen en de kosten zijn niet het vermelden waard. 


Tja, dan staat er een interview in een glossy met een BN-er. Ik ben niet gek op deze man en op zijn uitspraken al helemaal niet. De statements die hij maakt staan door het hele artikel heen, gedrukt in een groot lettertype. Dat vraagt om een werkstuk natuurlijk.




De basis is een stevig stuk aquarelpapier met een muziekblad uit een afgedankt muziekboek erop geplakt. Als dit droog is plak ik het hoofd erop en versier het geheel met de uitspraken van meneer. Als dat klaar is gaat er een laagje gesso over, waarbij ik het hoofd ontzie. Hierna kan het grote versieren beginnen. Het is een beetje flauw allemaal, maar wel heel leuk om te doen.