woensdag 25 oktober 2017

Mijn naaste en ik.

Met deze laatste blog in de serie van drie moet ik de hand in eigen boezem steken. 
Ik denk dat bijna iedereen wel bekend is met de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan; Een man is op reis, wordt beroofd van alles wat hij heeft en daarna gewond achtergelaten op de weg. De priester en de Leviet die hem passeren helpen niet, maar lopen hem voorbij. Daar zullen ze zeker hun reden voor gehad hebben. De Samaritaan die daarna langs komt, iemand van een vijandig volk, stopt wel en helpt hem. Hij zorgt er zelfs voor dat de man verzorgd wordt achtergelaten in een herberg 


Jezus vertelde deze gelijkenissen om ons een spiegel voor te houden. In dit verhaal gaat het om de vraag 'Wie is mijn naaste?' en 'Wat wil Jezus dat ik doe voor mijn naaste in nood?' 
In vroeger tijden waren deze vragen eenvoudig te beantwoorden. Je had te maken met je familie en met de mensen uit je gemeenschap. Als er verder weg iets gebeurde, dan hoorde je het niet of pas veel later in de tijd.
Met de komst van de televisie is de hele wereld onze huiskamer binnen gekomen. We kunnen de natuurrampen bijna live volgen. We zien gemeenschappen waar honger wordt geleden, waar extreme armoede heerst. We zien mensen die te lijden hebben onder milieurampen, onder oorlogen...

Als ik weet over oorzaken van honger in deze wereld ... 
Als ik weet over onze veel te grote 'voetafdruk'... 
Als ik graag een rechtvaardige wereld wil ...
Durf ik dan te kijken in de spiegel van deze gelijkenis.


Opkomende gedachten zijn, 'Ja, alles goed, maar ik kan toch niet iedereen op deze wereld helpen?' en 'Mag ik dan niet genieten van de welvaart waar ik hard voor heb gewerkt?' 
Er zijn meer gelijkenissen, spiegels, in de Bijbel te vinden. Een ervan gaat over 'De rijke man en de arme Lazarus'; Een rijk man viert feest en geniet van zijn rijkdom. Voor zijn huis, op straat, ligt Lazarus, een arme bedelaar, bedekt met zweren. Hij hoopt iets te krijgen van het voedsel dat overblijft van de maaltijd van de rijke. Maar dat gebeurt niet. Er komen enkel honden die zijn zweren likken. De bedelaar sterft en wordt in de hemel opgenomen. De rijke man sterft en komt in het dodenrijk terecht waar hij het slecht heeft.
Het valt me op, dat de rijke man niet gestraft wordt om de rijkdom waar hij van heeft genoten. Nee, hij wordt gestraft omdat hij niet heeft omgezien naar de hulpbehoevende bij zijn voordeur.



De hele wereld komt de huiskamer binnen en iedereen is zo'n beetje mijn naaste. Wil ik iets verbeteren aan hun situatie, dan moet ik om te beginnen hulp vragende mensen om me heen helpen, dan royaal geven aan goede hulp- en ontwikkelingsorganisaties en bovendien serieus werk gaan maken van het verkleinen van mijn ecologische voetafdruk. Dat wordt een hele klus.

zaterdag 21 oktober 2017

Over de ecologische voetafdruk.

De vorige keer schreef ik een informatief stukje over honger, als vervolg nu een stukje over onze ‘ecologische voetafdruk’.


Wat is een ecologische voetafdruk?
De mens heeft natuurlijke hulpbronnen nodig om te kunnen leven op deze aarde.  Het gaat dan over grond, voedsel, water en milieu (de CO2 die we uitstoten). Je kunt meten hoeveel ruimte een mens nodig heeft om in deze behoeften te voorzien. Daarbij moet je ook rekening houden met de hoeveelheid productieve grond.
De ruimte die een mens nodig heeft om te kunnen leven, kan omgerekend worden naar de hoeveelheid beschikbaar, productief land. Dit noemt men een Mondiale Hectare, ook wel een ‘Eerlijke Aarde Aandeel’. Bij een eerlijke verdeling is er voor iedere aardbewoner 1,7 hectare beschikbaar op deze aarde.
In 1970 gebruikte de mens 1,7 hectare, precies zoveel als de natuur weer op tijd kon aanvullen. Nu gebruiken we gemiddeld 2,6 hectare. Dat is al veel meer dan dat er beschikbaar is. Anders gezegd: we gebruiken in een jaar waar de natuur anderhalf jaar voor nodig heeft om aan te vullen. Dan hebben we het over de aanwas van bijvoorbeeld bos, vis en ander voedsel. Ook stoten we meer CO2 uit dan de bossen op kunnen nemen door het verstoken van olie en kolen .

De cijfers.
Nu volgen een paar cijfers uit het ‘Living Planet Rapport’ van het WNF dat om de twee jaar verschijnt:
- De gemiddelde Congolees en Indiër gebruikt 0,9 hectare. Dit is veel minder dan het   ‘Eerlijke Aarde Aandeel’. Zij hebben structureel tekort. We hebben het hier ook nog eens over een gemiddelde: er leven mensen in die landen die veel meer tot hun beschikking hebben, maar ook mensen die veel meer tekort komen. En dan hebben we het over honger.
- Het gemiddelde gebruik van de Keniaan ligt gemiddeld op 1,1 hectare. Ook dit is minder.
- Turkije gebruikt gemiddeld 2,7 hectare per inwoner. Dit is alweer meer. De VS maken het heel bont: Elke inwoner van de VS heeft 8 hectare nodig om zijn/haar leefstijl in stand te houden. Dit betekent dat er meer dan 4,6 aardbollen nodig zijn om deze leefstijl in stand te houden.
- Wereldwijd bedraagt de gemiddelde ecologische voetafdruk anderhalve aarde.

Hoe doen de Nederlanders het? En hoe doe ik het?
Nederlanders verbruiken gemiddeld 6,2 hectare. Als iedereen zou leven als een Nederlander, dan hebben we 3,5 aardbollen nodig om te voldoen aan de consumptie. 
Tja, dan moet ik als inwoner van dit land ook de hand in eigen boezem steken en me afvragen hoe het met mijn leefstijl is gesteld. 
Een handig hulpmiddel is de voetafdruktest: http://voetafdruktest.wnf.nl


Ik maak de test, vul 'm eerlijk in en vind de uitslag in eerste instantie helemaal niet zo slecht. Maar eigenlijk is dit natuurlijk shocking. 


Komende tijd is dit een ding om mee bezig te zijn: Hoe verklein ik mijn ecologische voetafdruk!

Bronnen:
www.wnf.nl/wat-wnf-doet/themas/voetafdruk/wat-is-ecologische-voetafdruk.htm
www.rtlnieuws.nl/nieuws/binnenland/35-aarde-nodig-voor-nederlandse-ecologische-voetafdruk 



dinsdag 17 oktober 2017

Honger een ver-van-mijn-bed-show?

In de ‘One World’ van deze maand staat een leerzaam artikel over honger en onze rol bij het ontstaan van deze honger. Ik vat het kort samen:

Er leven meer dan 7 ½ miljard mensen op deze aarde.
794 Miljoen van hen hebben extreme honger. Deze mensen vermageren en kunnen niet meer normaal functioneren. 2 Miljard wereldburgers lijden aan verborgen honger. Dit houdt in dat ze eenzijdig eten, bv veel rijst en geen groenten. Ze hebben een tekort aan vitamines en mineralen. Met name jonge kinderen kunnen zich hierdoor fysiek en intellectueel niet goed ontwikkelen. 35% Van de kinderen onder de vijf jaar in Afrika zijn onderontwikkeld …
Wat een voorrecht om in het welvarende deel van de wereld te zijn geboren …

                                                                     Foto AFP

Op de wereld is meer voedsel dan we nodig hebben.
- Op dit moment zijn we in staat om 9 miljard mensen te voeden. Maar door armoede,  uitsluiting, onwetendheid, natuurrampen en conflicten hebben grote groepen mensen geen toegang tot voedsel.
- Op dit moment gaat 30 tot 40% van het geproduceerde voedsel verloren.
- De vraag naar vlees is groot. Voor het produceren van 1 kg. biefstuk is gemiddeld 25 kilo voer nodig en dat moet ergens groeien. In de EU wordt 80% van de weidegrond gebruikt om veevoer te verbouwen of om vee op te laten grazen. Wereldwijd is 75% van de landbouwgrond in gebruik voor de productie van veevoer.
Minder vlees eten is helemaal geen slecht idee …

                                                                                                                Foto AFP

In sommige landen lijkt de honger blijvend.
Dit is te wijten aan het feit dat sommige gebieden kwetsbaarder zijn. Dit heeft te maken met klimaatveranderingen, maar ook met levensstijl. Nomaden bijvoorbeeld zijn veel kwetsbaarder voor hongersnood. Dit komt omdat zij door de droogte steeds verder op zoek moeten naar gras voor hun vee. Dit leidt tot meer conflicten omdat ze op andermans gronden terecht komen op zoek naar voedsel.
Klimaatveranderingen ontstaan voornamelijk door de extravagante levensstijl van de rijke westerlingen. Anders gezegd, onze ecologische voetafdruk is vele malen te groot. (Hier maak ik apart een blog over) Je kunt de conclusie trekken dat we het aan onze eigen invloed op het klimaat te danken hebben dat er elke keer weer noodhulp naar dezelfde gebieden moet.
Energiebewust leven is belangrijk voor alles en iedereen …
                                                                                                          Foto Reuters

De boeren die ons voedsel verbouwen leven zelf in armoede.
In ontwikkelingslanden werken 1,3 miljard mensen in de voedselproductie. In Nederland komt 36% van het geïmporteerde voedsel uit landen die met voedseltekorten hebben te kampen. Bovendien komt de winst op voedsel niet ten goede aan de boeren. De meeste winst gaat naar de handelaren en de supermarkt. De boeren krijgen zo weinig voor hun voedsel dat ze er amper van kunnen leven.
Extra geld uitgeven aan fair trade producten geeft de producent een eerlijk inkomen …

                                                                                                                                     Foto Max Havelaar

Geld geven voor noodhulp bij een conflict heeft zin.
Honger en conflicten gaan nogal eens samen. Honger is dan een politiek probleem. De overheid laat het afweten en geeft geen hulp. Lokale hulporganisaties en kerken daar doen wat in hun vermogen ligt, maar zijn vaak uitgeput geraakt door het conflict.
De mensen hier twijfelen vaak aan het nut van noodhulp en geven daarom maar niet. ‘Het helpt toch niet. Het geld verdwijnt allemaal in de zakken van corrupte politici.’
Maar het is belangrijk dat de lokale organisaties weer middelen in handen krijgen om hulp te verlenen. Het stelt hen in staat om op tijd problemen op te lossen.
Geld geven voor noodhulp heeft altijd zin …

Bronnen:
One World 10-2017 – 6 dingen die je moet weten over honger – Channa Brunt.
decorrespondent.nl 29-06-2016 – Dit betekent vlees eten voor onze planeet – E. Nieuwenhuis.


zondag 15 oktober 2017

Als je niet wilt verdwalen moet je thuis blijven.

Pientje had in een optimistische bui NS-kaartjes bij Kruidvat gekocht. Dat er alleen in het weekend mee gereisd kon worden ontdekte ze thuis pas. Er was er nog eentje over en die was bijna verlopen. Het ging ’m niet meer worden. Zodoende zitten manlief (met een vrije reisdag) en ik (met het bewuste Kruidvat-kaartje) op deze mooie zaterdag in de trein om de NS-wandeling van Arnhem naar Wolfheze af te maken. 
Gelukkig hebben we nog een zitplaats in de trein, want het lijkt er op dat de helft van Nederland vandaag de kuierlatten neemt, gezien de vele wandelschoenen. Even later wordt me duidelijk dat de meeste mensen op weg zijn naar de Amsterdam City Walk. Na Amsterdam wordt het rustig, denk je bij jezelf, maar nu komen de studenten massaal de trein instappen om uit te gaan in Utrecht. Het geeft in ieder geval een gezellig geroezemoes in de trein. In Ede-Wageningen stappen we over op de sprinter naar Arnhem en dan is het plotseling oorverdovend stil.
Vorige keer waren we tot Oosterbeek gekomen. Daar stapten we nu uit de trein en in een heerlijk zonnetje vervolgen we onze route alsof er geen maanden pauze tussen zitten.


Als je het station verlaat in westelijke richting loop je al snel door de bossen. De bomen verkleuren nu aardig en de zon doet je bijna denken dat het nog zomer is. Grappig is dat; de vogeltjes beginnen ook meteen weer muziek te maken. 


Het is een schitterende wandeling door de Bilderbergbossen. Je loopt over prachtige bospaden, langs stukjes heide met een drinkpoel. 


Even later komen we op een terrein van Natuurmonumenten terecht. Hier raken we van het padje. Dat ontdekken we, als we bij de spoorbaan komen. Daar horen we helemaal niet te zijn. Er zit niet anders op dan weer terug lopen tot het punt waarop alles nog klopte. Op pad punt hebben we de route en het kaartje al bestudeerd, samen met een stel leeftijdgenoten die er ook niet uitkomen. Maar die lopen een andere route. Wij zijn dus de verkeerde kant op gelopen en zij waarschijnlijk de goede. Nu pakken we de andere mogelijkheid en warempel, de hele beschrijving klopt weer. 
Hier lanceert manlief zijn motto: Als je niet wilt verdwalen moet je thuis blijven.


We gaan nu door een uniek gebied. Door dit bos loopt de Wolfhezerbeek. De wandeling gaat langs de oever van deze beek en regelmatig via vlonders er over heen. Het terrein is behoorlijk heuvelachtig. Het wordt nu drukker in het bos. Terwijl we op een uniek plekje zitten te eten komen er regelmatig wandelaars langs, ook het echtpaar dat net als wij twijfelde over de route. Er staan prachtige paddenstoelen op de hellingen van de beek en bijna elke wandelaar zien we bukken en een foto maken. Ik dus ook 😏. Dit is waarschijnlijk een beroemd exemplaar aan het worden op Instagram. 


We passeren een prachtige boomstronk, een plaatje waard.


... en een omgevallen den met een bordje met uitleg erbij: de kringloop van de duizendjarige den. Je ziet dat de natuur deze ouwe knar helemaal gaat verslinden.


Even verderop wordt het nog drukker op de paden en we zien waarom. Hier staan de Wodanseiken van Wolfheze. Deze bomen zijn 450 jaar oud en komen voor op heel wat werk van oude landschapsschilders (Mauve, Mesdag). Er staat een enorme groep mensen bij de eeuwenoude bomen terwijl ze uitleg krijgen van een boswachter. Het echtpaar van eerder komt van de andere kant af langs lopen. We begroeten elkaar bijna als oude bekenden, komisch.


We blijven langs de Wolfhezerbeek lopen. De beek ontstaat hier uit kwelwater, dat kraakhelder is. Ik heb het niet geprobeerd, maar volgens mij kun je het zo drinken. 
Nu is het natuur, maar vroeger werd hier hard gewerkt, stonden er koren- en papiermolens.


Na deze prachtige route laten we de beekoever achter ons. Over een stuk heideterrein komen we bij het ecoduct over de A12. Leuk, je mag er aan de zijkant over heen. Helaas is het pad afgeschermd van het deel waar grote en kleine dieren de A12 veilig over kunnen steken. Wel zijn er kijkgaten, maar wat je daar doorheen ziet valt tegen. Ik had er een heel andere voorstelling van.


Nog een stukje lopen door het bos en dan naderen we het station van Wolfheze. We kunnen weer op huis aan.


In de trein verwonder ik me weer eens over de vreemde kostgangers van Onze Lieve Heer. Er komen twee conductrices om kaartjes te controleren. Voor hen uit haast zich een Eritrese jongen voorbij. Het laat zich raden waarom. Het valt een man vlakbij ons ook op. Hij begint meteen te oreren tegen de vrouw voor hem. Ze luistert beleefd. Volgens de man kun je prima zwart rijden, want het loont de moeite. Hoewel hij het niet doet, voegt hij eraan toe. Dan begint hij over het Excel-bestand dat hij bijhoudt. Hij reist voor zijn werk tussen Amsterdam en Castricum. Elke dag noteert hij of hij gecontroleerd is of niet. En wat blijkt, vandaag is hij voor de tweede keer gecontroleerd in dit jaar. Hij rekent voor wat het hem zou kosten als hij zwart zou reizen en wat het hem nu kost. De vrouw blijft naar hem luisteren, knikt af en toe, maar oogt duidelijk opgelucht als de trein stopt bij Castricum. De man verdwijnt met een beleefde groet uit beeld.