zondag 29 november 2015

Wat keuzedagen kunnen opleveren.

Sinds anderhalf jaar ben ik klant van NS. Het was niet mijn plan, maar plots krijg je een aanbieding in de mailbox: een kortingkaart met zeven vrije reisdagen voor een prikkie. 'Maar eens proberen', denk je bij jezelf. Dit betekent dat je eens in de twee maanden een dagje gratis met de trein mee mag. Eens in de twee maanden, dat moet toch makkelijk lukken? Maar een feit is, dat de eerste twee vrije reisdagen niet opgemaakt zijn. Hoe dat komt weet ik nu nog niet, want zo druk heb ik het nou ook weer niet. Toen kwam ik op het idee om er een museumjaarkaart bij aan te schaffen. Sindsdien gaat het goed. Elke periode bedenk ik een museum waar ik graag heen zou willen en plan dat in. Zo ben ik in Hilversum terecht gekomen voor een prachtige fototentoonstelling van Raymond Rutte. 



Er was een dagje Leiden met een bezoek aan het Rijksmuseum voor Oudheden. Daar was een tentoonstelling ingericht over Carthago, een belangrijke handels- en havenstad in het Romeinse rijk. Ik vond het heel bizar om oude afgodsbeeldjes van Baäl te zien. Ik had er veel over gelezen, maar me niet gerealiseerd dat die beeldjes nog gewoon worden opgegraven zijn en dus te zien zijn.


Verder ben ik op een vrije reisdag naar het Omniversum en naar 'Escher in het paleis' in Den Haag gegaan, samen met schoonzusje. Dat was hartstikke leuk.


Dit jaar ben ik naar Meppel gereisd, naar het Drukkerijmuseum. Dit heeft te maken met mijn interesse voor grafiek. Het museum zelf is nogal klein en zou saai kunnen zijn, ware het niet, dat er zoveel enthousiaste vrijwilligers rondlopen. Ik was een van de eerste bezoekers op die dag. Elke vrijwilliger nodigde me uit om iets te komen doen. Zo kwam het dat ik al heel snel bezig was met papier marmeren. Je kon er ook papier scheppen (niet gedaan). Op diezelfde verdieping hing ook een prachtige kleine expositie van 'De Ploeg', een Groninger kunstkring. En die was heel inspirerend.
Een etage lager was een vrijwilliger bezig op de zetmachine. Hij vroeg mijn naam en adres en even later kwam de tekst uit de machine, die met de pers afgedrukt werd. Het letterzetsel kreeg ik mee naar huis. Verder deed ik veel informatie op over grafische technieken. Maar het waren vooral de vrijwilligers die van het bezoek een mooie ervaring maakten.


In het Drukkerijmuseum las ik over het CODA-museum in Apeldoorn, waar papier en sieraden centraal zouden staan. Dat wordt mijn volgende trip, heb ik mezelf beloofd.
Deze week is het ervan gekomen. Het CODA-museum is gehuisvest in een prachtig nieuw gebouw met veel ruimte. Het geheel viel me tegen, er waren een aantal exposities ingericht waar ik niet enthousiast van werd. Maar er was één exposant die alles goed maakte.


Vooraf heb ik een introductiefilmpje bekeken. Hierin laat de kunstenaar zien hoe hij te werk gaat en hoe onderstaand kunstwerk tot stand is gekomen: een muur van zijn atelier is bekleed met een stuk papier dat tot ver over de grond doorloopt. Hij schildert het decor, een wolkenlucht, de zee en een boot. Op de grond wordt zand geschept en worden schelpen en decorstukken neergelegd. Een camera staat gericht op het gecreëerde beeld en dan gaat Teun Hocks zelf figureren in zijn kunstwerk. Als het een goede foto oplevert, dan wordt die afgedrukt en daarna nog eens aangevuld met wat schilderwerk. Dit is het uiteindelijke resultaat. Wat is dat leuk allemaal om te zien.





Die vrije reisdagen van NS zijn zo best leuk om te doen. Ik kom op plekken waar ik anders nooit heen zou gaan. Ik ben benieuwd wat het volgende reisdoel gaat worden.

maandag 23 november 2015

Eeuwigheidszondag.

Gisteren was het eeuwigheidszondag, de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Dat kerkelijk jaar begint met de adventstijd, de periode op weg naar kerstfeest, op weg naar het feest van de geboorte van Jezus. De laatste zondag van het kerkelijk jaar is eeuwigheidszondag, de dag waarop we onze dierbare doden herdenken. In de kerk wordt dan meestal aandacht besteed aan de mensen die dit jaar zijn overleden. Ook gisteren werden er twee kaarsen aangestoken, de ene door een dochter die er apart voor naar de kerk was gekomen. De andere kaars moest door de ouderling worden aan gestoken. Er waren wel kinderen, maar blijkbaar vonden ze het niet nodig om naar de kerk te komen of misschien waren ze niet in de gelegenheid een kaars aan te steken voor hun overleden ma. Jammer, eigenlijk is dat het laatste wat je voor je overledene kunt doen.



Sinds mijn ma heel onverwacht is overleden, heb ik er een gewoonte van gemaakt om in deze tijd thuis ook een plekje te creëren waar een kaarsje kan branden. Ik zet wat vaasjes neer met mooie witte bloemen erin. Ervoor staan lichtjes op een spiegel. De spiegel geeft eigenlijk heel mooi de overgang naar een ander leven weer: je ziet de lichtjes weerspiegeld in het glas, maar het blijft een spiegeling. Eerst stonden er alleen lichtjes voor mijn pa en ma. Toen kwam schoonpa erbij, daarna twee vriendinnen. Dit jaar herdenk ik mijn schoonma en een dierbaar maatje.
Elke dag steek ik de zes lichtjes aan en denk daarbij even aan hen. Op een of andere manier geeft het wat troost. En als de bloemen uitgebloeid zijn, is het tijd voor feest, voor advent.

maandag 16 november 2015

Tweeënhalve dag na de aanslagen in Parijs.

Vanmorgen, tweeënhalve dag na de aanslag in Parijs, is er een minuut stilte in heel Europa. Doordat ik druk ben met van alles, breng ik net een minuut te laat mijn lijf tot stilstand. Maar nadenken over wat er is gebeurd doe ik des te meer.


Hoe kan het toch gebeuren dat mensen tot zulke haatacties in staat zijn. Hun ouders zijn naar West Europa vertrokken om hun kinderen een betere toekomst te geven. Een aantal van deze mensen heeft kunnen studeren, en toch … Heeft de westerse cultuur zo’n grote leegte in de hoofden en harten gebracht, dat die zomaar gevuld is geraakt met de bizarre ideologie van 'IS'?

Langzamerhand verandert onze cultuur. We waren ons er niet bewust van dat onze vrijheid niet vanzelfsprekend is. Nu weten we, dat we zomaar dood geschoten kunnen worden omdat we een concert bezoeken, of omdat we gezellig met vrienden op een terras zitten. Want het is nu wel duidelijk, dat er meer aanslagen zullen volgen. We weten alleen niet op welke plek ‘IS’ zal toeslaan.

Ik maak me zorgen. Niet om mezelf, maar om mijn kinderen en kleinkinderen. In wat voor verschrikkelijke wereld zullen al die lieve kleindochters van ons op moeten groeien? Worden ze straks het huis weer in gejaagd, onzichtbaar, zonder rechten, maar met een heleboel plichten? Zou ik in deze tijd nog het lef hebben om aan kinderen te beginnen?

Wat weet ik wel? Er is een God die heerst over hemel en aarde. Jezus, zijn zoon, zal terug keren naar deze ellendige aardkloot en alles nieuw maken. Dat troost me. En dat geeft hoop voor mijn kinderen en kleinkinderen en iedereen die verlangt naar vrede.


1 Ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Want de eerste hemel en de eerste aarde zijn voorbij, en de zee is er niet meer. 
2 Toen zag ik de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, uit de hemel neerdalen, bij God vandaan. Ze was als een bruid die zich mooi heeft gemaakt voor haar man en hem opwacht. 
3 Ik hoorde een luide stem vanaf de troon, die uitriep: ‘Gods woonplaats is onder de mensen, hij zal bij hen wonen. Zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal als hun God bij hen zijn.
 4 Hij zal alle tranen uit hun ogen wissen. Er zal geen dood meer zijn, geen rouw, geen jammerklacht, geen pijn, want wat er eerst was is voorbij.’