Een wonderlijke klim en een wonderlijke ontmoeting.
Om tien voor twaalf melden we ons bij de Sint Jan. Een gids staat ons al op te wachten. Naast de kerk is een enorme stellage met trappen gebouwd. Zodoende kun je eenvoudig naar boven lopen en in de dakgoot stappen. Het weer is goed, half bewolkt, dus we boffen best wel na de storm van gisteren en na de regen van afgelopen nacht. Wat is het leuk daarboven. De gids vertelt honderduit, maar dat gaat een beetje langs ons heen. We kijken onze ogen uit. je kunt ver over de stad uit zien. De beeldjes op de luchtbogen kunnen we stuk voor stuk van dichtbij bekijken. Eerlijk gezegd wist ik helemaal niet dat er beeldjes op de bogen zaten, nooit gezien. Het is genieten.
We hebben een wonderlijke ontmoeting tijdens deze wonderlijke klim. De groep is niet groot die naar boven mag. Een van de mannen heeft een vaag bekend gezicht. Maar als plotseling de naam van manlief wordt genoemd weet ik meteen wie hij is: een oud-collega en studiegenoot. Veertig jaar geleden hebben we hem voor het laatst gezien. We woonden niet echt dicht bij elkaar. Daardoor is het contact waarschijnlijk over geraakt.Het is een plezierig weerzien. Als we weer met beide benen op de grond staan, gaan we met zijn vieren naar 't Pumpke voor een lunch en om bij te kletsen. Tot onze grote verrassing wonen ze vlakbij ons. We zijn zeker van plan de banden aan te halen.
Blijkbaar moet je naar ver weg gaan om oude vrienden van vroeger te ontmoeten.
Op alle luchtbogen zitten zes beeldjes.
Humor: een nieuw beeld met mobieltje
De nieuwe kleren van de keizer.
Om twee uur melden we ons bij het museum. Er is een lange rij wachtenden voor ons en voetje voor voetje schuifelen we vooruit. Helaas laat het museum veel te veel mensen tegelijk erin. Dus bij elk schilderij sta je lang te wachten voordat je ernaar kunt kijken. Sommige mensen blijven eindeloos staan met hun neus er bovenop, zodat degenen die er vlak achter staan ook niets kunnen zien. De rolstoelers lukt het al helemaal niet om bij een schilderij te komen.Ik vind dat de mensen zich eigenlijk best asociaal gedragen.We zijn het al snel zat en denken bij onszelf; is dit het nu? Je kan natuurlijk een tijdje wachten aan het begin, maar met een beetje pech rolt dan de volgende groep weer binnen. Het is jammer. Ons is het wat tegen gevallen, maar evengoed hebben we wel het nodige van Jheronimus Bosch kunnen zien.
Achteraf denk ik dat het vooral een hype is. Het geheel doet me in de verte denken aan het sprookje van 'de nieuwe kleren' van de keizer'. Niemand durft te zeggen, dat het niet geweldig is.
Dit vind ik een leuk schilderij: de goochelaar (let op zakkenrollertje)
Wat moet een mens zonder telefoon.
We zijn deze dag onze mobiel vergeten, dat overkomt ons wel vaker. Niets aan de hand zou je zeggen. We hebben om half zes afgesproken met zoon Henkie. Hij woont in een appartement in de stad. Precies op tijd staan we er voor de deur. We bellen aan, maar er komt geen reactie. Niemand thuis dus, maar wat nu. Hij zal zo wel komen, denken we, maar niets. Er komt even later wel iemand die ons vertelt dat de bel kapot is, maar hij kan ons er niet in laten. Er zit niets anders op dan te wachten tot er iemand in of uit gaat. Het duurt 25 minuten voor er een maaltijdbezorger op zijn brommertje aan komt crossen. Hij drukt op een bel en krijgt geen reactie. Wij vertellen hem dat de bel stuk is. Gelukkig heeft hij het telefoonnummer van de klant bij zich. Die komt even later open doen. Eindelijk zijn we binnen. Henkie zit zich ondertussen af te vragen waar we blijven. Hij had nog wel ge-appt dat ie een kwartiertje eerder thuis was. Enfin, met een goed glas wijn is dat leed snel vergeten.