maandag 19 mei 2014

Oortjes haken voor de koptelefoon.

De koptelefoon van de laptop is niet helemaal compleet meer. De zachte bedekking van één van de oortjes is kapot gegaan. Deze koptelefoon was heel goedkoop in de aanschaf, want voor een laptop heb je niet zoveel bijzonders nodig. En als ie dan stuk aan gaat, dan koop je toch gewoon een nieuwe?
Ik stond er al mee in mijn handen om ‘m in de prullenbak te gooien, toen ik bedacht dat dat toch eigenlijk te gek was. Je gooit zomaar iets weg dat het nog goed doet.
De haaknaald lag nog op tafel met een leuk bolletje katoen ernaast. Het kostte een half uurtje om twee nieuwe oortjes te haken. Het resultaat is gewoon leuk en het gevoel erbij is goed.



1  Zet 3 lossen op en sluit het ringetje met een halve vaste in de eerste losse.
2 Haak om het ringetje 1 losse en 6 vasten. Toer sluiten met een halve vaste in de eerste losse.
3  Begin de toer met 1 losse en haak vervolgens in elke vaste 2 vasten. Toer sluiten met een halve vaste in de eerste losse.
4  Begin de toer met 1 losse. Haak beurtelings 2 vasten in 1 vaste en 1 vaste in  de volgende vaste. Toer sluiten.
5 Begin de toer met 1 losse. Haak beurtelings 3 keer 1 vaste in 1 vaste en 2 vasten in de volgende vaste. Toer sluiten.
6 en verder: Als de vierde toer tot het rondje de maat heeft van het oortje.
7 Begin met 1 losse en haak in elke vaste 1 vaste. Toer sluiten.
8 Begin de toer met 1 losse. Haak 3 keer 1 vaste in 1 vaste. Sla 1 vaste over. 3 keer 1 vaste in 1 vaste en dan 1 vaste overslaan, enzovoort. Toer sluiten.
9 Als toer 8. Het hangt van de maat van het oortje af tot hoever je door moet gaan op dezelfde manier. (mijn oortje was op dit punt klaar.)
Draadjes afhechten.


Opa en oma hebben gevlogen.

We zijn alweer een week terug van weggeweest. Opa en oma hebben gevlogen. 
Ik ben best zenuwachtig als we vroeg, voor de files uit, naar Schiphol rijden. Een dochter met vliegervaring staat erop om ons te brengen, maar ze moet wel meteen terug naar huis. Daar staan we dan met ons goeie gedrag in de vertrekhal, eerst maar eens goed rondkijken. We ontdekken al snel een informatiebord. Nu weten we tenminste naar welke gate we moeten. Vervolgens sluiten we aan bij een lange rij bij de KLM-balie, fout. Daar moet je je bagage afgeven en wij hebben alleen handbagage. Manlief heeft thuis de boarding passes uitgeprint. We mogen meteen doorlopen, zo vertelt een vriendelijke dame ons.
Al snel komen we in niemandsland en begint het lange wachten. We installeren ons met een bak koffie achter het raam en kijken uit over het vliegveld. Er is daar genoeg te zien tot het moment dat we naar de gate kunnen. Bij de gate komt de douanecontrole. Er wordt om liquids gevraagd, die ik braaf laat zien. Daar verdwijnen onze flesjes Spa, zonde. Ze kijken de toilettas na. De shampoo en de douchegel vinden ook geen genade in hun ogen, hup de prullenbak in. Ik  kijk de flacons sneu na.
Zelf lever ik geen problemen op, maar manlief met zijn kunstheup is ernstig verdacht. Hij heeft keurig een pasje van de dokter mee, maar daar zijn ze niet van onder de indruk. De schoenen moeten uit, de broekriem af en dan volgt  een lijfelijke fouillering. Ik vind het vermakelijk om te zien, maar manlief is er niet blij mee.
We komen in de volgende wachtruimte bij de ingang naar de gate. Er staan al wat passagiers te wachten waaronder een moeder met een slapende peuter. Ze mag als eerste de gate in. Het jongetje schrikt wakker en zet me toch een keel op. Daar stopt hij pas mee als we Londen beginnen te naderen. Tot mijn schrik zitten ze maar een enkele rij voor ons.



Manlief komt naast een raampje terecht en houdt zijn filmapparaat paraat. Ik zit een rij achter hem naast het gangpad; hoge stoel vlak voor me, een vrouwtje krap naast me en aan de andere kant een smal gangpaadje. Er is weinig te zien en alleen een blèrend kind te horen.
Tja, hoe is het om te vliegen? Ze hadden verteld over brullende motoren, over heftig in je stoel gedrukt worden bij het opstijgen, over luchtzakken waar je ziek van wordt en over de misselijkheid bij het landen. Ik heb er eerlijk gezegd niet veel van gemerkt. Het vliegtuig, een Boeing 737-800, is kleiner dan ik dacht. De reis duurt kort, zo’n 40 minuten. Het leuke van reizen naar het Verenigd Koninkrijk is, dat je je horloge een uurtje terug mag zetten. Je landt dan tien minuten na je vertrektijd.
Op Heathrow bewegen we ons eindeloos voort over lopende banden om tenslotte bij de Underground aan te komen. Royaal voor de middag kunnen we los in Londen.

Dan de terugreis, die verloopt iets gecompliceerder. We zijn keurig op om vier uur op Heathrow. Het inchecken verloopt eenvoudig. We kunnen meteen door naar de douane. Eerst gaan alle potjes en flesjes in een plastic zakje. Schaartjes moet je vooraf weg gooien.  Ze denken zeker dat ik mijn goeie nagelschaartje zomaar in de prullenbak ga gooien, nee dus. Vervolgens wordt alle bagage gescreend. Het schaartje valt niet op. Manlief valt wel op, dus schoenen uit, riem af en fouilleren maar weer. En dat doen ze intensief tot zijn grote ergernis. Na de douane komen we weer in niemandsland. Daar hangt ook het informatiebord. Bij onze vlucht om 18 uur 35 staat geen boardingtijd of gate vermeld. Dus eerst maar weer uitgebreid aan koffie met een broodje. We kijken weer over het vliegveld uit, daar achter het raam. Na verloop van tijd gaan we eens kijken hoe het met onze vlucht is; delayed tot 19 uur 15 vermeldt het bord. We snuffelen even in een winkel en zakken dan maar op een bank in de hal neer. Om 19 uur 05 is er nog steeds geen informatie. Vijf minuten later lezen we naar welke gate we moeten. Daar haasten we ons met een heel gezelschap heen. Ter plekke moeten we allemaal weer onze papieren laten zien. Onze handbagage wordt gelabeld, want die moet ook in het ruim opgeborgen worden omdat het vliegtuig, een Cityhopper, erg klein is. Al met al hebben we vijf kwartier vertraging als we op pad gaan. Ik mag nu bij het raampje en manlief zit naast me. Ik vind het boeiend en vooral het boven de wolken vliegen ervaar ik als bijzonder, wat een witte-watten-stilte.


Als we boven Nederland komen, is het donker, maar door al die lichtjes op de grond is het uitzicht heel speciaal. IJmuiden komt in zicht met Hoogovens en Noordzeekanaal. We vliegen onder Alkmaar langs. Je ziet de snelwegen lopen. Sneller dan ik denk raken we de landingsbaan.

We komen op een achteraf-parkeerplek terecht en moeten via de trap het vliegtuig verlaten. We krijgen op de grond gelukkig meteen onze koffertjes terug. De bus brengt ons naar aankomsthal 1. We zien geen afhalers. Die komen even later aanlopen: ze stonden in de andere aankomsthal. Ze hebben een banner bij zich, speciaal voor ons.


Of ik nu een enthousiaste luchtreiziger ben geworden? Nee, dat zeker niet. Liefst rijden manlief en ik in IJmuiden met de auto de boot op. Dan kom je ook aan de overkant, terwijl de reis ook nog eens een klein feestje is. En als je de boot afrijdt, dan ben je zo vrij als een vogeltje in de lucht. 

maandag 5 mei 2014

Gehaakte armbandjes.

Van zeepzakjes haken krijg je op een gegeven moment meer dan genoeg. Ik ben met mijn voorraadje naar vriendin gegaan. We hebben de bananendoos met zeepjes van de vliering getrokken en de zakjes gevuld. Het resultaat mag er wezen: 370 zakjes. Maar helaas, de bananendoos is nog lang niet leeg.  



Vriendin is zo slim om me op dat moment een bolletje meerkleurige katoen toe te schuiven om armbandjes van te haken, ook al voor in de schoenendozen. Verleden jaar zag ze zo’n bandje in een winkeltje op Texel. Het was best een duur gevalletje, maar het inspireerde haar. 
En zo ben ik maar weer aan de gang gegaan. Het is inderdaad heel eenvoudig en het sluitstuk is een knoopje uit grootmoeders knopenblik. Als ik het blik open doe, komt er een oude vertrouwde geur uit die meteen allerlei herinneringen oproept. Ik zie me zelf weer zitten bij mijn moeder aan tafel. Ik mag knoopjes uitzoeken voor een zelfgemaakt poppenkleertje of voor mijn nieuwe inktlap. Er moeten knoopjes in dit blik zitten van wel honderd jaar oud. 

Maar nu het gehaakte armbandje. Je maakt het dus van meerkleurig katoen met erom heen een randje van bijpassende effen katoen. 





Gehaakt armbandje.

Haak van meerkleurig katoen een ketting van ongeveer 38 lossen.
Maak een stokje in de vierde losse.
Ga verder door in elke losse een stokje te haken.
Pak aan het einde van de toer het unikleurige garen erbij. 
Keer het werk niet om maar ga verder. 
Haak om het laatste stokje 3 vasten.
Ga verder en maak in elk stokje een vaste tot aan het eind van de toer.
Haak nu 6 of 7 lossen.  Dit hangt van de grootte van de knoop af.
Ga verder aan de andere kant met in elk stokje een vaste.
Aan het einde afwerken.
Steek de draden weg en naai een knoopje op dezelfde kant.